Blog Paul de Bijl: Industriebeleid, schaalgrootte en strategische onafhankelijkheid
Industriebeleid
In het kielzog van het Draghi-rapport van vorig jaar blijft industriebeleid het economische nieuws voorlopig nog wel domineren. Het debat strekt zich uit van productiviteitsgroei en innovatie tot economische slagkracht en mondiale geopolitiek.
Het onderwerp raakt uiteraard aan concurrentie. Zo laat wetenschappelijk onderzoek zien dat industriebeleid bij uitstek goed werkt in sectoren met concurrentie, of wanneer het de concurrentie bevordert. Maar wanneer het gaat over schaalgrootte, lijkt het bijvoorbeeld te schuren. Goed om eens bij dat laatste onderwerp stil te staan, en wel met betrekking tot innovatie en strategische onafhankelijkheid.
Schaalgrootte en innovatie
Schaalgrootte is een ingrediënt voor economische slagkracht. Europese bedrijven hebben schaal nodig om te kunnen concurreren met grote spelers uit de VS en China. Schaal kan ook bijdragen aan productiviteitsgroei, maakt meer investeringen in R&D mogelijk en faciliteert toegang tot kapitaal.
Wanneer maakt schaalgrootte het verschil? Marktconcentratie staat in beginsel op gespannen voet met concurrentie, en daarmee met innovatie en productiviteit – tenzij innovatie juist schaal vereist. Daarom is nuance nodig. In dat licht bepleitte Draghi dat mededingingsautoriteiten in concentratiebesluiten meer aandacht geven aan innovatie. Bedrijven kunnen bijvoorbeeld onderbouwen hoe een fusie of overname de innovatie bevordert (‘innovation defense’). Dat geeft ruimte voor innovatie-gedreven fusies.
Schaalgrootte gaat niet alleen over een individueel bedrijf. Een andere route ligt bijvoorbeeld in industriële clusters en waardeketens, met een vruchtbare bodem voor start-ups en kruisbestuiving binnen zulke ecosystemen. Dan ontstaat dynamiek door nieuwkomers en een evenwichtige machtsverdeling in de toeleveringsketen.
Ook de richting en snelheid van innovatie doen ertoe. Zie de ontwikkeling van technologisch complexe sectoren in China (elektrische auto’s, zonnepanelen, generatieve AI etc.). Waar Europa moeite heeft met bijsturen, transformeert de Chinese economie zich razendsnel door meer centraal gestuurde innovatie in opkomende en nieuwe sectoren.
Zonder voortvarende sturing van de economie komen bestaande Europese kampioenen mondiaal steeds meer onder druk te staan. De vraag is waar die sturing zich op zou moeten richten. Recent onderzoek wijst op een middle technology trap: R&D door Europese bedrijven concentreert zich in midtech sectoren zoals de auto-industrie. Midtech concurreert door het toepassen van innovaties, met een lagere R&D-intensiteit en groeipotentieel dan hightech. Met als gevolg een achterstand ten opzichte van bijvoorbeeld China. Vermoedelijk is het kansrijker om kritische massa in geavanceerde technologieën te creëren, dan om traditionele sectoren overeind proberen te houden.
Een dergelijke aanpak valt of staat met een krachtige Europese coördinatie en sturing, waar lidstaten bij kunnen aanhaken met betekenisvolle bouwstenen – die eveneens om sturing en schaalgrootte vragen. De verkenning van de haalbaarheid van een ‘AI-fabriek’ in Groningen, door de Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland (NOM), past in zo’n plaatje.
Schaalgrootte en strategische onafhankelijkheid
Industriebeleid gaat ook over macht. Macht is per definitie relatief. Wanneer anderen de toegang beheersen tot grondstoffen en voorzieningen waar wij waarde aan hechten, dan hebben zij macht over ons. We vergroten onze relatieve macht door onze afhankelijkheid te verkleinen.
Momenteel worstelt Europa met de afhankelijkheid van Amerikaanse techbedrijven. De grootste cloud service providers (CSP's), Amazon’s AWS, Microsoft Azure en Google Cloud, bedienen ongeveer 70 procent van de Europese markt (daarna komen IBM en Oracle). De grootste Europese spelers, Deutsche Telekom en SAP, bedienen ongeveer 2 procent. Waar de grote CSP’s een one-stop shop bieden van opslag, monitoring, netwerken, automatisering en veiligheid, voorzien Europese aanbieders vooral in specifieke diensten.
Hoe kunnen we deze afhankelijkheid verminderen? Een grote Europese CSP zou een antwoord kunnen bieden maar is lastig te realiseren (zie Gaia-X). Een Europees initiatief heeft voeten in de aarde, maar is niet de enige route om tegenwicht te bieden. Een andere optie is namelijk het creëren van hefboomwerking met aanbieders van Europese bodem.
Een illustratie is de IT-divisie van Schwarz Group (eigenaar van supermarktketen Lidl), die de markt opgegaan is met een eigen cloud. Deze aanbieder, Schwarz Digits, verwerkt en bewaart alle data in Duitsland en Oostenrijk. Nederland beschikt eveneens over een aantal kleine cloud-aanbieders met eigen apparatuur en technologie.
Het is dus mogelijk om een deel van de vraag naar clouddiensten Europees te beleggen. Een bescheiden stap creëert (i) een mogelijkheid om data op eigen bodem te houden, en (ii) technologische expertise en inzicht in veiligheidsrisico’s. Deze dubbele impact vergroot onze datasoevereiniteit en onafhankelijkheid – wat onze onderhandelingsmacht richting de grote CSP’s versterkt.
Hoe zet je zo’n stap? Overheden kunnen zich bijvoorbeeld committeren om 5 à 10 procent aan clouddiensten Europees in te kopen. Dat creëert al een hefboomwerking. Een Europese aanpak zet natuurlijk de meeste zoden aan de dijk en helpt lidstaten om gezamenlijk geopolitieke risico’s te dragen.
Samenhang
Schaalgrootte kan de concurrentiekracht een impuls geven. Langs verschillende routes, waaronder innovatieve clusters. Ook weerbaarheid vraagt om schaal. We kunnen onze afhankelijkheid verminderen door hefboomwerking via inkoop door de overheid, bij Europese aanbieders van bijvoorbeeld cloud computing. Dat jaagt ook de technologische ontwikkeling aan, wat bijdraagt aan economische slagkracht. Uiteraard onder centrale regie binnen Europa, en met vermijding van de valkuil om afhankelijk te worden van machtige Europese aanbieders.
Paul de Bijl, Chief Economist van de ACM
Zie ook
- 25-04-2025 Blog Martijn Snoep: Mededingingsautoriteiten hebben rol bij wegnemen drempels voor nieuwe Europese aanbieders
- 17-04-2025 Blog Paul de Bijl: Importheffingen en concurrentie
- 19-09-2024 Blog Paul de Bijl: Draghi: concurrentie blijft nodig
- 01-08-2024 Blog Paul de Bijl: Misverstanden stilzwijgende afstemming
- 05-06-2024 Blog Paul de Bijl: Stilzwijgende afstemming
- 21-02-2024 Blog Paul de Bijl: Verantwoordelijkheid bedrijven gaat verder dan niet de wet overtreden
- 01-08-2023 Blog Paul de Bijl: De markt voor snel internet is momenteel concurrerend
- 25-05-2023 Blog Paul de Bijl: Een nieuwe fase voor mededingingstoezicht
- 24-03-2023 Blog Paul de Bijl: Hoge prijzen: eerste hulp en preventie
- 09-01-2023 Blog Paul de Bijl: Politieke macht van grote bedrijven is groter dan gedacht